Een TDI produceert relatief weinig warmte. Bij temperaturen beneden het vriespunt krijg je te maken met de keerzijde van het geringe verbuik van de TDI: hij produceert veel minder warmte dan vele andere motoren en bereikt daardoor opmerkelijk langzaam de gebruikelijke bedrijfstemperatuur. Als er dan ook nog warmte voor het interieur van het blok wordt onttrokken, dan wordt de opwarmtijd nog langer. Zeker bij temperaturen onder nul, heel rustig rijden en de interieurverwarming en ventilator op maximaal, kan beneden de normale bedrijfstemperatuur al een evenwicht ontstaan tussen warmteproductie in het blok en warmteafvoer naar de verwarming: de bedrijfstemperatuur van de motor komt dan bv. niet hoger dan 70°C.
...
Extra verwarming. Om dit probleem wat te verzachten zijn de meeste TDI's af-fabriek uitgevoerd met extra verwarming. Oudere bouwjaren hebben een brandstof gestookte bijverwarming (
standverwarming), vanaf ca. 1995 zitten er drie
gloeibougies in de koelwater-uitlaat van de motor als warmtewisselaar. Vanaf ca. 2000 wordt ook vaak een
PTC verwarming gebruikt (Positive Temperature Coefficient).
....